Veiligheid in en om de woning is essentieel voor het wooncomfort. Denk hierbij aan inbraakpreventie, het vergroten van de brandveiligheid, maar ook aan de veiligheid in de fysieke leefomgeving, zoals werkende straatverlichting.
Een hoog veiligheidsgevoel draagt bij aan het wooncomfort van de bewoners. Dit gaat dus niet om de feitelijke cijfers van bijvoorbeeld misdaad of brand, maar om de beleving hiervan door de bewoners. Denk hierbij ook aan genderongelijkheid of seksuele intimidatie.
Een woning of gebouw met goede luchtkwaliteit is veel gezonder. Slechte luchtkwaliteit kan leiden tot klachten zoals hoesten, hoofdpijn, neus- en oogirritatie, en zelf tot verhoogd risico op ziektes als longkanker, astma en COPD.
Goede luchtkwaliteit is van belang voor een gezonde omgeving. In de lucht zitten ontzettend veel verschillende stoffen, zowel kleine deeltjes als gassen. Een deel daarvan is slecht voor onze gezondheid. In onze leefomgeving gaat het vooral om stoffen die vrijkomen bij verbranding in (diesel)motoren. Dit zijn onder meer ultrafijne deeltjes en roet.
Te veel geluid in de woonomgeving kan overlast veroorzaken en schadelijk zijn voor de (mentale) gezondheid. Mogelijke gezondheidseffecten zijn gehoorbeschadiging, hart- en vaatziekten en verstoring van de slaap. Geluidsbelasting kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt door autoverkeer of vliegtuigen.
Gedurende een leven veranderen mensen, en daarmee ook hun woonwensen. Grote veranderingen worden bijvoorbeeld veroorzaakt door gezinsuitbreiding of ouderdom. Idealiter is de woonomgeving aanpasbaar aan deze veranderende woonwensen.
Een bloeiend dieren- en plantenleven draagt bij aan de gezondheid van bewoners en zorgt voor een toekomstbestendige leefomgeving. Het biedt ook mogelijkheden voor klimaatadaptatie. Flora en fauna worden gestimuleerd door meer groen (gras, struiken, bomen) en blauw (water) toe te voegen aan de leefomgeving.
Met goede bodemkwaliteit is de bodem veilig om op te wonen en mee te spelen. Ook wordt daarmee de kwaliteit van het (grond)water geborgd en kan de natuur (flora en fauna) zich gezond ontwikkelen. Andersom zorgt een verontreinigde bodem voor potentiële schade voor mens en milieu.
Afval heeft een negatieve impact op het milieu. Daarom willen we het ontstaan van afval voorkomen. Hiervoor kan je afvalstromen omzetten in reststromen; daarvoor ga je op zoek naar manieren om de reststromen te hergebruiken.
De verwachting is dat de vraag naar zoet water toeneemt, terwijl het aanbod afneemt. Dit speelt met name in de zomer. Duurzaam watergebruik wordt daarom belangrijker. Dit kan door watergebruik te beperken en te beheersen en door ervoor te zorgen dat watergebruik een minimale impact heeft op de waterkwaliteit
Een leefomgeving die weinig onderhoud behoeft draagt bij aan de toekomstbestendigheid en duurzaamheid ervan. Hiervoor moet onderhoudsbestendigheid worden meegenomen in de voorbereiding, planning en het beheer van (her)ontwikkeling van een woning of gebied.
Openbare maatschappelijke voorzieningen bieden diensten en/of goederen aan die een basisbehoefte vormen voor bewoners en moeten daarom voor een ieder toegankelijk zijn. Dit zijn voorzieningen zoals een school, buurtcentrum, bibliotheek of volkstuin. In de regel worden dit soort voorzieningen aangeboden of door de overheid zelf, of door niet-commerciële instellingen (non-profit).
Maatschappelijke participatie van bewoners draagt bij aan de sociale cohesie van een wijk en aan het gevoel van betrokkenheid dat bewoners ervaren bij de eigen leefomgeving. Maatschappelijke participatie is de mate waarin een individu actief mee kan doen in de samenleving. Inwoners doen op verschillende manieren mee aan het maatschappelijke leven, zoals: als leerling, werknemer, ondernemer, vrijwilliger of mantelzorger.
Om opwarming van de aarde te beperken, is een overgang naar een duurzaam energiesysteem nodig. Kolen- en gascentrales worden dan vervangen door hernieuwbare energiebronnen zoals zon en wind. Dit soort hernieuwbare energie wordt veelal decentraal opgewekt en is variabel beschikbaar. Het nieuwe energiesysteem moet duurzaam en ook op de lange termijn stabiel en volhoudbaar zijn.
Nieuwe duurzame energiesystemen brengen nieuwe veiligheidsrisico's met zich mee. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de transport van waterstof of brandgevaar bij elektrische voertuigen in parkeergarages of buurtbatterijen. Bij de inrichting van het nieuwe energiesysteem moet de veiligheid daarvan daarom meegenomen worden in het ontwerp, planning en beheer.
Voor efficiënt energiebeheer is digitalisering noodzakelijk. Deze grote data-afhankelijkheid van het energiesysteem brengt ook maatschappelijke vragen met zich mee. Digitalisering raakt bijvoorbeeld aan veiligheid, privacy, autonomie, rechtvaardigheid en machtsverhoudingen. Bij de overgang naar een nieuw energiesysteem moeten deze zaken worden gewaarborgd.
(Nieuwe) energiesystemen kunnen onbedoeld negatieve effecten hebben op de gezondheid. Zo veroorzaken windmolens bijvoorbeeld geluid en slagschaduw. In het ontwerp en de uitwerking van de plannen moet rekening gehouden worden met deze effecten, en waar mogelijk moeten deze effecten worden voorkomen of geneutraliseerd.
De beschikbaarheid van gezond, veilig en voldoende water is van levensbelang. In Nederland hebben wij veel water in onze directe omgeving. Tegelijkertijd merken ook wij de negatieve effecten van klimaatverandering op ons water. Zo is de intensiteit van neerslag de afgelopen jaren met 20% toegenomen, terwijl er ook juist meer en langere perioden van droogte zijn. Om de beschikbaarheid van water in de toekomst te garanderen moeten hiervoor maatregelen worden genomen.
De energietransitie vraagt een (deels) ander energiesysteem voor warmte en elektriciteit. Dit nieuwe systeem vraag aanpassingen aan woningen en infrastructuur. Deze aanpassingen moeten worden gefinancierd, en dat is voor sommige mensen lastiger dan voor anderen. Daarom moet het nieuwe energiesysteem en de overgang daar naartoe zo worden ingericht dat dit voor iedereen bereikbaar is en geen mensen uitsluit.
Keuzevrijheid en zeggenschap over het nieuwe energiesysteem zijn voor veel inwoners belangrijk. Dit betreft de mate van zeggenschap over waar en hoe het systeem wordt geïmplementeerd. met keuzevrijheid krijgen bewoners niet het gevoel dat zij iets opgedrongen krijgen, en maakt dat iedereen op diens eigen manier mee kan doen.
Door klimaatverandering hebben we vaker te maken met heftige stormen. Dit kan voor overlast zorgen, zeker op plekken met hoogbouw. Deze bebouwing kan ertoe leiden dat er (val)winden ontstaan. De ruimte tussen de hoge bebouwing kan als een tunnel gaan werken, waardoor de wind hoge, potentieel gevaarlijke snelheden kan bereiken. Hier moet rekening mee gehouden worden in het ontwerp van een gebied. Een positief neveneffect is dat deze winden in de zomer voor verkoeling kunnen zorgen.
Bevriezing kan leiden tot vorstschade aan asfalt, leidingen of gebouwen. Met verschillende infrastructurele maatregelen kunnen deze negatieve effecten verminderd of zelfs vermeden worden.
Hittestress ontstaat wanneer het in een stad gedurende de warmere dagen van het jaar zo heet wordt dat dit de gezondheid negatief beïnvloedt. Door klimaatverandering komt dit de komende jaren steeds vaker voor. Er zijn aanpassingen nodig aan onze leefomgeving om de negatieve gevolgen hiervan te beperken.
Toegang tot verschillende mobiliteitsoplossingen zorgt voor de ontsluiting van wijken. Hoe meer modaliteiten er beschikbaar zijn, des te gebalanceerder het gebruik van mobiliteit is. Dit verkleint de kans op files en uitstoot van ongezonde gassen. Openbaar vervoer, maar ook innovatieve manieren van mobiliteit, zoals MaaS (Mobility as a Service) behoren hierin tot de mogelijkheden.
In de steeds drukker wordende (binnen)steden kunnen fietsers en voetgangers een oplossing bieden voor het gebrek aan ruimte. Naast ruimte biedt dit ook gezondheidsvoordelen voor de bewoners.
Wijken zijn in de eerste plaats de leefomgeving van de bewoners. De openbare inrichting van de wijk kan het aantrekkelijker maken om in de eigen wijk te recreëren en verblijven. De mogelijkheden om te kunnen recreëren en verblijven in een wijk draagt bij aan de sociale cohesie en waardering voor de wijk.
Een goede laadinfrastructuur is nodig voor een succesvolle doorontwikkeling van het aandeel elektrische auto's op de weg. Naast positieve effecten voor het verminderen van verbruik van fossiele brandstoffen, brengt dit op lokaal niveau ook gezondheidsvoordelen met zich mee doordat deze auto's minder schadelijke stoffen uitstoten.
De inrichting van onze straten, wijken en steden kan mensen stimuleren om naar buiten te gaan en te sporten en bewegen. Dit brengt positieve gezondheidseffecten met zich mee voor de bewoners in de wijk.
Toegankelijke mobiliteitsvoorzieningen geeft inwoners autonomie; dan kunnen zij zelf besluiten waar en wanneer zij ergens naartoe gaan. Andersom kan het niet hebben van toegankelijke mobiliteitsvoorzieningen leiden tot uitsluiting van inwoners, zij kunnen dan niet meer (volledig) meedoen met de maatschappij.